Acrylaat kan worden geboord met standaard boorapparatuur en gewone spiraalboren. Het verdient echter de voorkeur om langzaam draaiende boren met gepolijste groeven te gebruiken. Het is essentieel om oververhitting van de boor te voorkomen, aangezien warm boorsel aan de boor kan kleven en daardoor ongelijkmatige randen kan veroorzaken. Voor koeling kunnen verschillende soorten oplosbare boorolie worden toegepast, maar een sterke luchtstroom is vaak voldoende. Bij grotere gaten wordt het gebruik van cirkelboren aanbevolen, bij voorkeur een holle boor zonder stelhoek en met een ruime vrijloophoek.
De draaisnelheid van de boor is niet strikt bepalend. Het optimale toerental wordt berekend met de volgende formule:
t = V / (π × d)
Waarbij:
- t = toerental in omw./min.
- V = aanbevolen snijsnelheid in m/min.
- π = 3,14.
- d = diameter van de boor in m.
Optimale boorinstellingen en ondersteuning
Voor een perfect resultaat moet de boor zuiver lopen, het beste is een kolomboormachine of een boorstandaard te gebruiken. Het werkstuk moet goed aan de onderzijde ondersteund worden. Het verdient aanbeveling het werkstuk vast te klemmen of in een houten plank te laten rusten.
doorboren van het acrylaat moet men afremmen om uitscheuren van de plaat te voorkomen. Dit kan door de plaat bijvoorbeeld op een houten plank te klemmen, die dan gedeeltelijk doorboord wordt.
Vrijloophoek (α) | 3 - 8 [o] |
Spaanhoek (λ) | 0 - 4 [o] |
Tophoek (φ) | 60 - 90 [o] |
Snijsnelheid | 30 - 50 [m/min] |
Aanzet | 0,1 - 0,5 [mm/omw] |